Waar Tonia was, was het feest

De Volksvrouw, op het Marnixplein, van Henk Henriët

standbeelden henk henriet Foto: Lida Goede

Het is een stevige tante, daar tegenover het Marnixbad. Ze kijkt in de richting van de Lijnbaansgracht, met een blik van: het zal vandaag wel weer niks worden op de Lijnbaans­gracht. Duidelijk is: ze heeft het niet gemakkelijk, zoals volksvrouwen in de Jordaan het niet makkelijk hadden.

Geen voorbijganger keurt haar een blik waardig. Na enig aandringen wil een vrouw van een jaar of dertig, Eva heet ze, wel zeggen dat ze het mooi vindt. Ze denkt dat het is opgedragen aan de marktvrouw. Dat is niet zo'n rare gedachte – hier is iedere maandag de lapjesmarkt.

Het bronzen beeld staat er sinds 1967 en toen was de maker, Henk Henriët, al 22 jaar dood. Een jongen uit de Looiersstraat, geboren in 1903, zijn vader was sigarenmaker. Scholen boeiden hem niet zo, hij trok liever op met anarchistische figuren. Een boekverkoper bij wie hij werkte, ontdekte zijn tekentalent, en Henk kwam terecht is een groep kunstenaars die zich liet inspireren door het volksleven. Hij trouwde in 1925 met Tonia Sluyter, de vrouw die model stond voor het beeld op het Marnixplein. Mensen die haar gekend hebben, zeggen dat het sprekend lijkt.

Ze hadden een zeer vrij huwelijk. Hij was d'r niet vies van, vertelde zijn dochter Leentje een paar jaar geleden. Er loopt nog altijd een heel stelletje bastaards rond. Hij had, laat ik het dan zo zeggen, ook op dat terrein een niet te stuiten scheppingsdrang.

Henriët werd communist en ging in de oorlog in het verzet. Hij vervalste papieren en zorgde voor onderduikadressen. Hij werd gearresteerd en kwam terecht in concentratiekamp Neuengamme. Op de vlucht voor het Rode Leger namen de Duitsers in april 1945 veel Neuengammegevangenen mee op het passagiersschip Cap Arcona. Britse piloten bombardeerden het schip. Onder de slachtoffers was Henk Henriët.

Tonia begon in augustus 1945 een café, Reguliersdwarsstraat 103, voor de spraakmakende bohème, dat in de korte tijd van zijn bestaan legendarisch werd. De naam was hoogst opmerkelijk: Het nutteloos verzet. Het is de naam van een roman van E. du Perron, en ex-gasten zeggen dat het sloeg op nutteloos verzet tegen drankmisbruik, maar het moet zo kort na de oorlog toch hoogst cynisch hebben geklonken. Bovendien: in die tijd was er een fors tekort aan drank, tegen die paar glaasjes die je er kon krijgen, hoefde je je niet te verzetten.

Tonia zorgde voor de sfeer, ze moet ondanks alles opgeruimd zijn geweest. Waar Tonia was, was het feest, zei een gast jaren later. Je lachte je te pletter. Het leven was weer begonnen. Het kleine, donkere café figureert in de roman Bevrijdingsfeest van Simon Vestdijk: “Op alle muren waren met niet onvakkundige hand tekeningen aangebracht in houtskool en zwart of rood krijt: beesten, wangedrochten, moffen, bloemkelken, de doorreten kop van een arbeider, maar alles zo wild en terloops, dat de sigarettenrook voldoende scheen om de scheppingen weer uit te wissen.

8 februari 2010

Streetview