Als ze eerst die fiets eens weghalen...
Het Monument voor de te vroeg gestorven boom van André van der Linden
op het Frederiksplein
Foto: Lida Goede
Het Frederiksplein wordt een beeldenplein. Er komt een monument voor verzetsman Walraven van Hall, er staat het beeld voor Winkler Prins van André Volten, waar we het vorige week over hadden, en sinds 1971 hebben we er ook het Monument voor de te vroeg gestorven boom van André van der Linden (1945).
Dat heeft een curieuze geschiedenis, vertelt de maker in zijn
atelier annex woonruimte, een voormalige fabriek in het Friese
IJlst. "Ik fietste met mijn bakfiets door de De Lairessestraat
en zag daar een afgezaagde boom met heel grote uitstulpingen,
gezwellen zeg maar, een duidelijk zieke boom. Ik ben naar huis
gegaan, heb daar mijn eten opgeschrokt en ben daarna meteen met
beitels en verf naar die boom teruggegaan. Terwijl ik aan de slag
was, kwam de politie langs. Die agenten konden waarschijnlijk
geen wetsartikel vinden dat ik overtrad, dus moest ik mee naar
het bureau. Ik heb daar verteld hoe ik onder de indruk was van
die zieke boom en dat ik daar een monument van wilde maken. Een
van die politiemensen was wel aardig en suggereerde dat ik daar
maar een brief aan de burgemeester over moest schrijven. Dat deed
ik. Ik kreeg antwoord dat die boom al vergeven was aan de universiteit,
om onderzoek te doen naar die ziekte, maar mij werd aangeboden
een andere boom te zoeken. Er waren er meer met dergelijke gezwellen,
een daarvan stond op het Frederiksplein en ik dacht: laat ik maar
meteen hoog grijpen. En ik kreeg nog toestemming ook."
Was het toestemming of echt een opdracht, met een vergoeding en
zo?
"Een vergoeding? Wat heet, ik werd vorstelijk betaald, elfduizend
gulden, een jaarsalaris toen."
"Ik heb daar een paar erg prettige weken gehad, ik had een steigertje op het plein en een schaftkeetje. En ik kreeg veel publiciteit, je zag niet zo vaak een beeldhouwer in het openbaar aan het werk. Voor mij is het heel belangrijk geweest, ik was destijds een bescheiden kereltje, een beetje krampachtig. Door al die aandacht, door het praten met journalisten en ambtenaren, is daar wel een ommekeer in gekomen."
In 1996 vond het Amsterdamse Fonds voor de Kunst dat er voor het beeld geen plek meer was. Van der Linden: “Ik ben zelf maar eens gaan kijken. Tot mijn verbijstering zag ik boven in mijn beeld een fiets bungelen. Ik heb ze fijntjes laten weten dat als ze eerst die fiets eens weghaalden, ze misschien tot een heroverweging konden komen. Ik heb daar nooit antwoord op gekregen, maar een paar jaar later kwam ik weer langs het Frederiksplein en waarachtig, mijn beeld zag er piekfijn uit. Zonder fiets. Helemaal opgeknapt, goed in de verf.”
Maar gisteren was hij er weer en nu is hij minder enthousiast. "Wat mij opviel, is dat mijn kleur geel nu slordig is overgeschilderd in een goudkleur. Dat stoort me nogal, het is kunstvervalsing. En het beeld is slecht onderhouden. Ik ben bang dat het hout gaat rotten. Daar moet gauw iets aan gebeuren."
25 mei 2010
Streetview